In ons land maken we al sinds de 17e eeuw gebruik van openbaar vervoer. Tijdens het begin gebeurde dit met trekschuiten over het water. Stap voor stap veranderde dat tot het openbaar vervoer wat we nu kennen. In deze themakaart lees je alles over de geschiedenis van het spoor.

Reizen met de trekschuit

In ons land is erg veel water. Dankzij al dat water hadden we in de 17e eeuw al openbaar vervoer in Nederland. Als je ergens naar toe wilde, nam je de trekschuit van A naar B. Een trekschuit is een boot die wordt voorgetrokken door een paard. Het paard liep over een pad langs het water. De begeleider van het paard heette het jagertje. Zo’n pad langs het water noem je het jaagpad.

De koets

Halverwege de 18e eeuw kwam er een iets sneller vervoermiddel: de koets of diligence. Voor de koets liepen meerdere paarden over de weg. Je ging dan ongeveer 25 kilometer per uur. Reizen was in die tijd niet altijd even prettig. Het duurde lang en de straten waren vaak erg hobbelig.

Van stoommachine tot stoomlocomotief

In 1702 werd de stoommachine uitgevonden in Engeland. Die machine kon water uit de mijnen pompen. In die tijd gebruikte men al karretjes in de mijnen op rails om steenkool te vervoeren. Die karretjes werden door paarden getrokken. Later bedacht James Watt een stoommachine die wielen kon laten ronddraaien. De ontdekking van de stoommachine betekende een grote verandering voor de mensen uit die tijd, want er bleek van alles mogelijk te zijn met de kracht van stoom. In 1804 lukte het de Engelsman Richard Trevitchik om een stoommachine op rails te bouwen. Dat werd de allereerste stoomlocomotief. Alleen werkte die nog niet zo goed. In 1829 lukte het George Stephenson wél om een goed werkende stoomlocomotief te bouwen: the Rocket. Daar won hij een prijsvraag mee. Al snel reden er locomotieven van Stephenson door Engeland met personenrijtuigen erachter. Die ‘wagons’ werden gemaakt van omgebouwde diligences.

Stoom in Nederland

Niet lang daarna gingen er ook in Nederland stoomtreinen rijden. Daar was natuurlijk wel een spoorlijn met rails voor nodig. Het eerste stukje spoorlijn in Nederland lag tussen Amsterdam en Haarlem. Die spoorlijn werd op 20 september 1839 in gebruik genomen door een trein met ongeveer 300 mensen. Er hing een opgewonden sfeer rond de opening van het eerste treintraject. De wagons werden voortgetrokken door twee stoomlocomotieven (voor het geval er eentje uit zou vallen). De eerste locomotieven heetten De Arend en De Snelheid. Ze kwamen allebei uit Engeland net als de machinisten. Hier wist namelijk nog niemand hoe je een trein moest besturen.

Spoorlijn

De eerste spoorlijn tussen Amsterdam en Haarlem werd aangelegd door de Hollandsche IJzeren Spoorwegmaatschappij. Vanaf 1847 kon je verder reizen per trein naar Leiden, Den Haag en Rotterdam. De eerste spoorlijn wordt nu de Oude Lijn genoemd. In 1843 kwam er een tweede spoorlijn bij, namelijk van Amsterdam naar Utrecht. Vanaf 1845 kon je over deze spoorlijn verder reizen naar Arnhem.

Oude beroepen bij het spoor

Vroeger had je allerlei beroepen rond het spoor die nu niet meer bestaan. Op elk station had je een stationschef. Hij regelde alles op het station en in de trein. Naast de stationschef had je ook de overwegwachter. Die bewaakte de spoorwegovergang en deed de spoorbomen omlaag als er een trein aankwam. Die spoorbomen kwamen pas later, eerst gebruikte ze rode of witte vlaggen om de trein te laten stoppen of te laten doorrijden. Op de trein had je een machinist die de trein bestuurde. Daarnaast werkten er ook een stoker en een remmer. Als de machinist de stoomfluit liet blazen, moest de remmer aan een groot wiel draaien om de trein te laten stoppen.

Nieuwe technieken

In de jaren daarna veranderde er veel op en rond het spoor. De stoomlocomotieven konden steeds harder rijden, maar het rijden op kolen bleek toch wel een hoop gedoe. Een locomotief had namelijk water nodig om te kunnen rijden. En er moest wel zes uur worden gestookt om genoeg hete stoom te krijgen voor de locomotief. Daarom werd er gezocht naar andere oplossingen. De eerste elektrische spoorlijn kwam in 1908. Elektrische treinen krijgen hun stroom van kabels boven het spoor: de bovenleiding. In 1934 reed de eerste dieseltrein in Nederland. Met de komst van dieselmotoren en elektrische motoren kwam er een eind aan het stoomtijdperk.

Meer informatie vind je:

 

 

Niet gevonden wat je zocht?